Volkswagen up, Skoda Citigo - Instructieboekje (2011-2024): Inleiding voor het onderwerp
Om het gevaar voor verwondingen bij een ongeval te verminderen, is het vervoer van kinderen uitsluitend in kinderzitjes toegestaan! Voor de montage en het gebruik van het kinderzitje de aanwijzingen in dit instructieboekje en in de gebruiksaanwijzing van de fabrikant van het kinderzitje in acht nemen.
Wij adviseren u om veiligheidsredenen kinderen altijd op de zitplaatsen achterin mee te nemen. Kinderen alleen in uitzonderingsgevallen op de bijrijdersstoel vervoeren.
Er moeten kinderzitjes volgens de ECE-R 44-norm van de Europese Unie worden gebruikt.
De kinderzitjes die aan de ECE-R 44-norm voldoen, zijn voorzien van een nietverwijderbaar keurmerk: grote E in een cirkel, daaronder het keuringsnummer.
- In geen geval mogen kinderen - ook geen baby's! - op schoot worden meegenomen.
- Bij het verlaten van de wagen kinderen nooit zonder toezicht in de wagen achterlaten. De kinderen zijn in een noodsituatie mogelijk niet in staat om de wagen zelfstandig te verlaten of zichzelf te helpen. Bij bijzonder hoge of bijzonder lage temperaturen bestaat er levensgevaar!
- Het kind dient tijdens de gehele duur van de rit gezekerd te zijn! Anders zou het kind in geval van een ongeval door de wagen kunnen worden geslingerd en kan hierdoor zichzelf en de andere passagiers levensgevaarlijk verwonden.
- Als kinderen tijdens het rijden naar voren leunen of een verkeerde zithouding innemen, staan ze bij een ongeval bloot aan een groter risico op lichamelijk letsel. Dit geldt in het bijzonder voor kinderen die op de bijrijdersstoel worden vervoerd - als het airbagsysteem bij een ongeval wordt geactiveerd kunnen ze zwaar gewond raken of zelfs worden gedood!
- Let voor het goede verloop van de gordels beslist op de gegevens van de fabrikant van het kinderzitje. Een verkeerd gedragen veiligheidsgordel kan zelfs bij een lichte aanrijding tot letsel leiden.
- Er moet worden gecontroleerd of de veiligheidsgordels correct over het lichaam lopen. Bovendien moet erop worden gelet, dat de gordel niet door eventuele scherpe randen kan worden beschadigd.
- Bij het inbouwen van het kinderzitje op een zitplaats achterin moet de betreffende voorstoel zo worden ingesteld dat deze niet het kinderzitje resp.het in het kinderzitje meegenomen kind raakt.
- Vóór het inbouwen van een naar voren gericht kinderzitje de betreffende hoofdsteun zo hoog mogelijk instellen (geldt voor de zitplaatsen achterin).
- Indien de hoofdsteun ook in de hoogste stand het inbouwen van het kinderzitje voorkomt, moet de hoofdsteun worden uitgebouwd (geldt voor de zitplaatsen achterin). Na het uitbouwen van het kinderzitje de hoofdsteun weer inbouwen.
Let op Wij adviseren u kinderzitjes uit het originele ŠKODA accessoireprogramma te gebruiken. Deze kinderzitjes werden voor het gebruik in ŠKODA-wagens ontwikkeld en getest. Zij voldoen aan de ECE-R 44-norm.