Ford Ka+ - Instructieboekje (2018-2024): Snelheidsbegrenzer

Werkprincipe

WAARSCHUWING

Wanneer u een heuvel afrijdt, kan de voertuigsnelheid hoger worden dan de ingestelde snelheid. Het systeem bedient de remmen niet, maar er wordt een waarschuwing weergegeven. Als u deze waarschuwing negeert, kan dat ernstig letsel of de dood tot gevolg hebben.

Via het systeem kan een snelheid worden ingesteld waar de auto vervolgens op wordt begrensd. De ingestelde snelheid wordt de effectieve maximumsnelheid van uw auto, echter met de optie deze snelheid indien nodig tijdelijk te overschrijden.

Gebruik van het systeem

N.B.: De ingestelde snelheidslimiet kan gedurende een korte periode doelbewust worden overschreven (bijvoorbeeld wanneer een ander voertuig wordt ingehaald).

Het systeem wordt bediend met de toetsen op het stuurwiel.

Snelheidsbegrenzer

Het systeem in- en uitschakelen

Druk op LIM om de begrenzer in stand-by te zetten. Het informatiedisplay vraagt u, een snelheid in te stellen. Druk op OFF om het systeem uit te schakelen.

Snelheidslimiet instellen

  • Druk op SET+ of SET- terwijl de begrenzer in stand-by staat om de begrenzer op de huidige rijsnelheid in te stellen.
  • Druk op SET+ of SET- om uw gewenste snelheidslimiet te selecteren. De snelheid wordt op het informatiedisplay weergegeven en opgeslagen als de ingestelde snelheid.
  • Druk op CAN om de werking van de begrenzer te annuleren en deze stand-by te zetten. De informatiedisplay bevestigt deactivering door de ingestelde snelheid doorgekruist weer te geven.
  • Druk op RES om de werking van de begrenzer te hervatten. De informatiedisplay bevestigt activering door de ingestelde snelheid opnieuw weer te geven.
Ingestelde snelheidslimiet doelbewust overschrijden

Trap het gaspedaal volledig in om het systeem tijdelijk te deactiveren. Het systeem wordt opnieuw geactiveerd zodra uw rijsnelheid onder de ingestelde snelheid zakt.

Systeemwaarschuwingen

Als u de ingestelde snelheid per ongeluk overschrijdt, knippert de controlelamp voor de ingestelde snelheid op het informatiedisplay en klinkt er een geluidssignaal.

Als u de ingestelde snelheid doelbewust overschrijdt, knippert de controlelamp ingestelde snelheid op het informatiedisplay.

    READ NEXT:

     Snelheidsbegrenzer - Auto's met: Snelheidsregeling

    Werkprincipe WAARSCHUWINGWanneer u een heuvel afrijdt, kan de voertuigsnelheid hoger worden dan de ingestelde snelheid. Het systeem bedient de remmen niet, maar er wordt een waarschuwing weergegeven. Als u deze waarschuwing negeert

     Stuurinrichting

    Elektrische stuurbekrachtiging WAARSCHUWINGDe elektrische stuurbekrachtiging heeft diagnosecontroles, die het systeem continu bewaken. Als een fout wordt gedetecteerd, verschijnt een bericht op het informatiedisplay. Breng de auto

    SEE MORE:

     Bediening van verlichtingsfunctie

    Afb. 40 Lichtschakelaar en draaiknop voor lichtbundelhoogteverstelling Om de lichtfunctie in en uit te schakelen kan de schakelaar A " afb. 40 in een van de volgende standen worden gedraaid. Licht uitschakelen (uitgezonderd dagrijverlichting

     Aanwijzingen voor het afslepen

    Afb. 158 Gevlochten sleepkabel / gedraaide sleepkabel Voor het afslepen met behulp van een sleepkabel alleen een gevlochten kunstvezelkabel " afb. 158 - A gebruiken " . De sleepkabel resp. de sleepstang aan het sleepoog voor bevestigen. V