Volkswagen up, Skoda Citigo - Instructieboekje (2011-2024): Voorbereidende werkzaamheden voor gebruik van de bandenafdichtset
Volkswagen up, Skoda Citigo - Instructieboekje (2011-2024) / Tips om het zelf te doen / Nooduitrusting en tips om het zelf te doen / Bandenafdichtset / Voorbereidende werkzaamheden voor gebruik van de
bandenafdichtset
Veiligheidshalve vóór een wielreparatie langs de weg de volgende aanwijzingen in acht nemen.
- De wagen zo ver mogelijk van het rijdende verkeer neerzetten - hiertoe een plaats met een vlakke en stevige ondergrond kiezen.
- De motor afzetten.
- Bij wagens met schakelbak de 1e versnelling inschakelen.
- Bij wagens met geautomatiseerde schakelbak de keuzehendel in stand D of R zetten.
- De handrem stevig aantrekken.
- De alarmlichten inschakelen en de gevarendriehoek op de voorgeschreven afstand opstellen.
- Alle passagiers laten uitstappen. Tijdens de reparatie moeten de passagiers zich naast de weg ophouden (bv. achter de vangrail).
Band afdichten en oppompen
Afdichten
- Het ventieldopje van de beschadigde band afschroeven.
- De ventielsleutel 2 " afb. 156 op het ventielinzetstuk plaatsen, zodat het ventielinzetstuk in de sleuf van de ventielsleutel past.
- Het ventielinzetstuk uit het ventiel draaien en op een schone ondergrond (doek, stuk papier en dergelijke) leggen.
- De fles 10 enkele malen krachtig schudden.
- De vulslang 3 stevig op de fles 10 draaien. De folie op de vuldop van de fles wordt doorgeprikt.
- De sluitstop van de vulslang 3 verwijderen en de fles op het bandenventiel aansluiten.
- De fles 10 ondersteboven houden en de gehele inhoud afdichtmiddel uit de fles in de band vullen.
- De vulslang van het bandventiel verwijderen.
- Het ventielinzetstuk met de ventielsleutel 2 weer in het ventiel schroeven.
Oppompen
- De vulslang 5 " afb. 156 stevig op het bandenventiel schroeven.
- Bij wagens met schakelbak de versnellingshendel in de neutraalstand plaatsen.
- Bij wagens met geautomatiseerde schakelbak de keuzehendel in stand N zetten.
- De motor starten.
- De stekker 8 in het 12 volt stopcontact steken, 12 volt stopcontact.
- De luchtcompressor met de aan-uitschakelaar 9 inschakelen.
- Zodra een bandenspanning van 2,0-2,5 bar is bereikt, de luchtcompressor uitschakelen. De maximale werkingstijd van de luchtcompressor volgens de gebruiksaanwijzing van de fabrikant van de bandenafdichtset opvolgen " .
- Als de bandenspanning van 2,0 - 2,5 bar niet werd bereikt, de vulslang 5 van het ventiel afschroeven.
- De wagen ongeveer 10 meter voor- of achteruitrijden, zodat het afdichtmiddel zich in de band kan "verdelen".
- De vulslang van de luchtcompressor 5 opnieuw stevig op het ventiel draaien en het oppompen herhalen.
- De betreffende sticker 1 " afb. 156 op het dashboard in het gezichtsveld van de bestuurder aanbrengen.
- Bij een bandenspanning van 2,0-2,5 bar kan de rit met maximaal 80 km/h resp.50 mph worden voortgezet.
ATTENTIE
- Als de band niet tot ten minste 2,0 bar kan worden opgepompt, is de beschadiging te groot. Het afdichtmiddel is niet in staat de band te dichten. Niet verder rijden! De hulp van een specialist inroepen.
- De bandenvulslang en de luchtcompressor kunnen bij het oppompen heet worden - gevaar voor verbrandingsgevaar!
VOORZICHTIG
De luchtcompressor uiterlijk na afloop van de werkingstijd volgens de
gebruiksaanwijzing
van de fabrikant van de bandenafdichtset uitschakelen - anders
bestaat gevaar voor schade aan de compressor! De luchtcompressor enkele
minuten laten afkoelen, voordat u deze opnieuw inschakelt.